1 opdat u daardoor mag opgroeien,
3indien u tenminste opdat u de deugden zou verkondigen van Hem Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht,
10 Aan alle gezag onderdanig
13 lief; vrees God; Matt. 22:21eer de koning.
18 Efez. 6:5; Kol. 3:22; 1 Tim. 6:1; Tit. 2:9 Huisslaven, wees uw meesters met alle ontzag onderdanig, niet alleen hun die goed en welwillend zijn, maar ook die verkeerd handelen.
Lijden omwille van het goede19 Matt. 5:10 Want dat is genade, als iemand om het geweten voor God dingen verdraagt die hem pijn doen, en daarbij ten onrechte lijdt.
20Want wat voor roem is er als u het geduldig verdraagt wanneer u zondigt en daarvoor slagen ontvangt? 1 Petr. 3:14; 4:14Maar als u het geduldig verdraagt wanneer u goeddoet en daarvoor lijdt, is dat genade bij God.
21Want hiertoe bent u geroepen, omdat ook Christus voor ons geleden heeft; Hij laat Joh. 13:15; Filipp. 2:5; 1 Joh. 2:6ons zo een voorbeeld na, opdat u Zijn voetsporen zou navolgen;
22 Jes. 53:9; 2 Kor. 5:21; 1 Joh. 3:5 Hij, Die geen zonde gedaan heeft en in Wiens mond geen bedrog gevonden is;
23 Matt. 27:39; Joh. 8:48,49 Die, toen Hij uitgescholden werd, niet terugschold, en toen Hij leed, niet dreigde, maar het overgaf aan Hem Die rechtvaardig oordeelt;
24 Jes. 53:4; Matt. 8:17 Die Zelf onze zonden in Zijn lichaam gedragen heeft op het hout, Rom. 6:11opdat wij, voor de zonden dood, voor de gerechtigheid zouden leven. Door Zijn striemen bent u genezen.
25Want u was Jes. 53:6; Ezech. 34:6; Luk. 15:4als dwalende schapen; maar u bent nu bekeerd tot de Herder en Opziener van uw zielen.
Who We AreWhat We EelieveWhat We Do
2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.