Jesaja 57 - Dutch Revised Bible 2010-2017(HSVU)

1De rechtvaardige komt om,

en er is niemand die het ter harte neemt.

die u ziet.

9U reist met olie naar de koning

en u vermeerdert uw welriekende zalven.

U zendt uw gezanten ver weg

en vernedert u tot de hel toe.

10Door uw grote reis bent u afgemat,

maar u zegt niet: Er is geen hoop meer.

U hebt nieuwe levenskracht gevonden,

daarom bent u niet verzwakt.

11Maar voor wie bent u beducht of bevreesd geweest?

U hebt immers gelogen

en hebt aan Mij niet gedacht,

Ik ben u niet ter harte gegaan.

Is het niet omdat Ik heb gezwegen, en dat van oude tijden af,

dat u Mij niet vreest?

12Ík zal uw gerechtigheid bekendmaken,

en uw daden:

ze zullen u niets baten.

13Wanneer u roept, laten zij u dan redden die door u verzameld zijn.

Maar de wind zal hen allemaal wegvoeren,

een zucht zal hen wegnemen.

Ps. 34:9 Maar wie tot Mij de toevlucht neemt, zal de aarde in erfelijk bezit krijgen

en Mijn heilige berg in bezit nemen.

Troost voor verbrijzelden

14Men zal zeggen:

Verhoog de weg, verhoog de weg, bereid de weg,

neem elk struikelblok voor Mijn volk van de weg!

15Want zo zegt de Hoge en Verhevene,

Die in de eeuwigheid woont en Wiens Naam heilig is:

Ik woon in de hoge hemel en in het heilige,

en bij de verbrijzelde en nederige van geest,

om levend te maken de geest van de nederigen,

en om levend te maken het hart van de verbrijzelden.

16Want Ps. 103:9Ik zal niet voor eeuwig ter verantwoording roepen

en Ik zal niet voor altijd zeer toornig zijn.

Want de geest zou van voor Mijn aangezicht bezwijken,

de zielen Hebr. 12:9die Ík gemaakt heb.

17Ik was zeer toornig over de ongerechtigheid van hun winstbejag,

Ik sloeg het volk, Ik verborg Mij en was zeer toornig.

Maar het ging afkerig verder op de weg van zijn hart.

18Ik heb zijn wegen gezien,

Ik zal hem genezen, Ik zal hem leiden

en hem vertroosting bieden,

namelijk zijn treurenden.

19Ik schep de vrucht van de lippen,

vrede, vrede voor wie ver weg is en voor wie dichtbij is,

zegt de HEERE, en Ik zal hem genezen.

20Maar de goddelozen zijn als een opgezweepte zee,

want die kan niet tot rust komen,

en zijn water woelt modder en slijk op.

21 Jes. 48:22 De goddelozen, zegt mijn God, hebben geen vrede!

Blog
About Us
Message
Site Map

Who We AreWhat We EelieveWhat We Do

Terms of UsePrivacy Notice

2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.

Home
Gospel
Question
Blog
Help