1Ik zeg echter: Zolang de erfgenaam een onmondig kind is, verschilt hij in niets van een slaaf, hoewel hij heer is van alles;
2maar hij staat onder voogden en beheerders, tot het tijdstip dat de vader van tevoren heeft bepaald.
3Zo waren ook wij, toen wij nog onmondige kinderen waren, als slaven onderworpen aan de grondbeginselen van de wereld.
4 want ik ben in twijfel over u.
Hagar en Sara - twee verbonden21Zeg mij, u die onder de wet wilt zijn, luistert u niet naar de wet?
22Want er staat geschreven dat Abraham twee zonen had, Gen. 16:2,15een van de slavin, Gen. 21:2; Hand. 7:8; Hebr. 11:11en een van de vrije.
23 Joh. 8:39; Rom. 9:7 Maar hij die van de slavin was, is naar het vlees geboren, hij echter die van de vrije was, door de belofte.
24Deze dingen hebben een zinnebeeldige betekenis; want deze vrouwen zijn de twee verbonden: het ene, dat van de berg Sinaï, dat kinderen voortbrengt voor de slavernij, dat is Hagar.
25Want deze Hagar is de berg Sinaï in Arabië, en komt overeen met het huidige Jeruzalem, dat met haar kinderen in slavernij is.
26 Openb. 21:2 Maar het Jeruzalem dat boven is, is vrij, en dat is de moeder van ons allen.
27Want er staat geschreven: Jes. 54:1Wees vrolijk, onvruchtbare, die niet baart, breek uit in gejuich en roep, u die geen barensnood kent, want de kinderen van de eenzame zijn veel talrijker dan die van haar die de man heeft.
28 Rom. 9:7,8 Wij nu, broeders, zijn kinderen van de belofte, net zoals Izak.
29Maar zoals destijds hij die naar het vlees geboren was, hem Gen. 21:9vervolgde die naar de Geest geboren was, zo is het ook nu.
30Wat zegt de Schrift echter? Gen. 21:10Jaag de slavin en haar zoon weg, want de zoon van de slavin zal beslist niet erven met de zoon van de vrije.
31Daarom, broeders, wij zijn geen kinderen van de slavin, maar van de vrije.
Who We AreWhat We EelieveWhat We Do
2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.