1Een wijze zoon luistert naar de vermaning van zijn vader,
maar een spotter luistert niet naar bestraffing.
2 van de trouwelozen is geweld.
3Wie zijn mond behoedt, bewaart zijn ziel,
wie zijn lippen openspert, hem wacht de ondergang.
4Begerig is de ziel van de luiaard, maar tevergeefs,
de ziel van de vlijtigen wordt echter verzadigd.
5De rechtvaardige haat een leugenachtig woord,
maar de goddeloze brengt zichzelf in een kwade reuk en handelt schandelijk.
6 is een boom des levens.
13Wie het woord veracht, zal te gronde gericht worden,
maar wie het gebod vreest, hem zal dat vergolden worden.
14 Ps. 34:11; 37:3verzadigd is,
maar de buik van de goddelozen zal gebrek lijden.
Who We AreWhat We EelieveWhat We Do
2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.