Ezechiël 3 - Dutch Revised Bible 2010-2017(HSVU)

Ezechiël eet de boekrol op

1Daarna zei Hij tegen mij: Mensenkind, maar naar het huis van Israël,

6niet naar veel volken met een onbegrijpelijke taal en een moeilijke spraak, van wie u de woorden niet kunt verstaan. Als Ik u naar hen gezonden zou hebben, zouden die geluisterd hebben!

7Maar het huis van Israël wil naar u niet luisteren, omdat zij naar Mij niet willen luisteren, want heel het huis van Israël heeft een hard voorhoofd en zij zijn hardleers.

8 en de hand van de HEERE was zwaar op mij.

15Zo kwam ik bij de ballingen van Tel-Abib, die bij de rivier de Kebar woonden. Ik verbleef waar zij woonden. Ik verbleef daar ontzet in hun midden, Job 2:13zeven dagen.

Ezechiël tot wachter over het huis van Israël aangesteld

16Het gebeurde na verloop van zeven dagen dat het woord van de HEERE tot mij kwam:

17 Jes. 62:6; Ezech. 33:7; 1 Tim. 3:1 Mensenkind, Ik heb u aangesteld tot wachter over het huis van Israël. Wanneer u uit Mijn mond een woord hoort, moet u hen namens Mij waarschuwen.

18 Ezech. 33:8 Als Ik tegen de goddeloze zeg: U zult zeker sterven, en u hebt hem niet gewaarschuwd en u hebt niet gesproken om de goddeloze voor zijn goddeloze weg te waarschuwen om hem in het leven te behouden: die goddeloze zal in zijn ongerechtigheid sterven, maar Ik zal zijn bloed van uw hand eisen.

19Maar u, als u de goddeloze waarschuwt en hij zich niet van zijn goddeloosheid en van zijn goddeloze weg bekeert, zal hij in zijn ongerechtigheid sterven, maar u hebt uw leven gered.

20 Ezech. 18:24; 33:12,13 En als een rechtvaardige zich van zijn gerechtigheid afwendt en onrecht begaat en Ik een struikelblok voor hem leg, zal híj sterven. Omdat u hem niet gewaarschuwd hebt, zal hij in zijn zonde sterven. Zijn rechtvaardige daden die hij gedaan heeft, zullen niet meer in herinnering gebracht worden, maar zijn bloed zal Ik van uw hand eisen.

21Maar u, als u de rechtvaardige waarschuwt, opdat de rechtvaardige niet zondigt, en hij inderdaad niet zondigt, zal hij zeker in leven blijven omdat hij gewaarschuwd is, en hebt ú uw leven gered.

De HEERE

verschijnt opnieuw

22De hand van de HEERE was daar op mij en Hij zei tegen mij: Sta op, vertrek naar de vallei en daar zal Ik met u spreken.

23Ik stond op en vertrok naar de vallei, en zie, daar stond de heerlijkheid van de HEERE, Ezech. 1:3zoals de heerlijkheid die ik gezien had bij de rivier de Kebar. En ik wierp mij met mijn gezicht ter aarde.

24 Ezech. 2:2 Toen kwam de Geest in mij en deed mij op mijn voeten staan. Hij sprak met mij en zei tegen mij: Ga naar binnen, sluit u op binnen in uw huis.

25En wat u betreft, mensenkind, zie, zij zouden touwen om u heen slaan en u daarmee binden. Daarom moet u zich niet in hun midden begeven.

26Uw tong zal Ik aan uw gehemelte doen kleven, zodat u stom wordt en u voor hen niet kunt zijn als iemand die bestraft, Ezech. 2:5want zij zijn een opstandig huis!

27Maar als Ik met u spreek, zal Ik uw mond openen en zult u tegen hen zeggen: Zo zegt de Heere HEERE: Ezech. 2:5,7Wie luistert, laat hij luisteren. Wie dat nalaat, laat die het maar nalaten, want zij zijn een opstandig huis!

Blog
About Us
Message
Site Map

Who We AreWhat We EelieveWhat We Do

Terms of UsePrivacy Notice

2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.

Home
Gospel
Question
Blog
Help