Richteren 8 - Dutch Revised Bible 2010-2017(HSVU)

Gideon achtervolgt de vijand

1Toen zeiden de mannen van tegen hem.

4Toen Gideon bij de Jordaan gekomen was, stak hij over, samen met de driehonderd mannen die bij hem waren. En hoewel moe, bleven zij achtervolgen.

5En hij zei tegen de mensen van Sukkoth: Geef toch enkele ronde broden aan het volk dat mijn voetstappen volgt, want zij zijn moe, en ik achtervolg Zebah en Zalmuna, de koningen van Midian.

6Maar de vorsten van Sukkoth zeiden: Hebt u Zebah en Zalmuna dan al in handen, dat wij uw leger brood zouden geven?

7Toen zei Gideon: Daarom zal ik, wanneer de HEERE Zebah en Zalmuna in mijn hand geeft, uw lichamen dorsen met woestijndorens en met distels.

8En vandaar trok hij op naar Pnuel en sprak tot hen op dezelfde manier. Maar de mensen van Pnuel antwoordden hem, zoals de mensen van Sukkoth geantwoord hadden.

9Daarom zei hij ook tegen de mensen van Pnuel: Als ik in vrede terugkom, zal ik deze toren afbreken.

10Nu waren Zebah en Zalmuna in Karkor, en hun legers met hen: ongeveer vijftienduizend man. Dit waren allen die overgebleven waren van heel het leger van de mensen van het oosten. De gevallenen waren honderdtwintigduizend mannen die het zwaard konden hanteren.

11Gideon trok verder langs de weg van hen die in tenten wonen, ten oosten van Nobah en Jogbeha. En hij versloeg het legerkamp, terwijl het legerkamp dacht dat het veilig was.

12En Zebah en Zalmuna vluchtten. Hij achtervolgde hen echter, want hij had veel vrouwen.

31En zijn bijvrouw, die in Sichem woonde, baarde hem ook een zoon. En hij gaf hem de naam Abimelech.

32Gideon, de zoon van Joas, stierf in goede ouderdom en werd begraven in het graf van zijn vader Joas, de Abiëzriet, in Ofra.

33Maar het gebeurde, toen Gideon gestorven was, dat de Israëlieten zich afkeerden en als in hoererij achter de Baäls aan gingen. En zij maakten voor zich Baäl-Berith tot een god.

34En de Israëlieten dachten niet meer aan de HEERE, hun God, Die hen gered had uit de hand van al hun vijanden van rondom.

35En zij bewezen het huis van Jerubbaäl – dat is Gideon – geen goedertierenheid voor al het goede dat hij voor Israël had gedaan.

Blog
About Us
Message
Site Map

Who We AreWhat We EelieveWhat We Do

Terms of UsePrivacy Notice

2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.

Home
Gospel
Question
Blog
Help