1De HEERE regeert, laten de volken beven.
Hij troont op de cherubs, de aarde begint te wankelen.
2De HEERE is groot in Sion,
hoog verheven is Hij boven alle volken.
3Laten zij uw grote en ontzagwekkende Naam dank brengen,
en zeggen: “Heilig is Hij!”
4De sterkte van de koning is dat hij het recht liefheeft.
U hebt rechtvaardigheid een vaste plaats gegeven,
U hebt recht en gerechtigheid gedaan in Jakob.
5Roem de HEERE, onze GOD,
kniel neer voor de voetbank van zijn voeten.
Hij is heilig!
6Mozes en Aäron waren onder zijn priesters,
Samuël was bij degenen die zijn Naam aanriepen.
Zij riepen tot de HEERE en Hij verhoorde hen.
7Hij sprak tot hen in een wolkzuil.
Zij hebben zich aan zijn getuigenissen gehouden,
aan de wetsvoorschriften die Hij hun gegeven had.
8 O HEERE, onze GOD, U hebt hen verhoord.
U bent een vergevende God voor hen geweest,
maar ook een wreker van hun daden.
9Roem de HEERE, onze GOD,
kniel neer bij zijn heilige berg,
want de HEERE, onze GOD, is heilig.
Who We AreWhat We EelieveWhat We Do
2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.