Numeri 12 - EBV24 een eigentijdse Bijbelvertaling(EBV24)

De melaatsheid van Mirjam

1Mirjam sprak met Aäron over Mozes in verband met de Kushitische vrouw die hij genomen had, want hij had een Kushitische vrouw genomen.

2Zij zeiden: “Heeft de HEERE alleen maar door Mozes gesproken? Heeft Hij ook niet door ons gesproken?” En de HEERE hoorde het.

3De man Mozes was heel zachtmoedig, meer dan alle mensen die op aarde leefden.

4Onmiddellijk zei de HEERE tegen Mozes, Aäron en Mirjam: “Kom naar buiten, jullie drieën, naar de Tent van de Ontmoeting!” En zij gingen met zijn drieën naar buiten.

5De HEERE daalde neer in de wolkzuil en ging bij de ingang van de Tent staan en Hij riep Aäron en Mirjam. En zij kwamen beiden naar voren.

6Toen zei Hij: “Luister toch naar mijn woorden! Als er een profeet onder jullie was, zou Ik, de HEERE, Mij in een visioen aan hem bekendmaken en door een droom tot hem spreken.

7Maar zo doe Ik niet met mijn dienaar Mozes, hij is trouw in heel mijn huis.

8Ik spreek met hem van mond tot mond, duidelijk, niet in raadsels. Hij ziet de gestalte van de HEERE. Waarom zijn jullie er dan niet voor teruggeschrokken om zo over mijn dienaar, over Mozes te spreken?”

9 Toen ontbrandde de toorn van de HEERE tegen hen en Hij ging weg

10en de wolk ging weg van boven de Tent en zie, Mirjam was melaats, zo wit als sneeuw. Aäron keerde zich om naar Mirjam, en zie, zij was melaats.

11Aäron zei tegen Mozes: “O, mijn heer, reken ons de zonde toch niet toe, waarmee wij dwaas gehandeld hebben en waarmee wij gezondigd hebben!

12Laat haar toch niet als een doodgeborene worden, waarvan het lichaam al voor de helft is vergaan als het uit de baarmoeder komt.”

13Mozes nu riep tot de HEERE en zei: “O God! genees haar toch!”

14De HEERE zei tegen Mozes: “Als haar vader haar verachtelijk in het gezicht had gespuwd, zou zij zich dan niet zeven dagen geschaamd hebben? Sluit haar zeven dagen buiten het kamp en daarna mag zij zich er weer bijvoegen.”

15Mirjam werd zeven dagen buiten het kamp gesloten en het volk brak niet op, totdat Mirjam zich bij hen had gevoegd.

16Daarna brak het volk van Hazeroth op en zij sloegen hun kamp op in de woestijn van Paran.

Blog
About Us
Message
Site Map

Who We AreWhat We EelieveWhat We Do

Terms of UsePrivacy Notice

2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.

Home
Gospel
Question
Blog
Help