1Daarna zag ik vier engelen staan bij de vier hoeken van de aarde. Ze hielden de vier winden
4Ik hoorde het aantal dat verzegeld werd: 144.000 waren er verzegeld uit alle stammen van de Israëlieten.
5Uit de stam Juda waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Ruben waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Gad waren er 12.000 verzegeld,
6uit de stam Aser waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Naftali waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Manasse waren er 12.000 verzegeld,
7uit de stam Simeon waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Levi waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Issaschar waren er 12.000 verzegeld,
8uit de stam Zebulon waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Jozef waren er 12.000 verzegeld en uit de stam Benjamin waren er 12.000 verzegeld.
De menigte voor Gods troon9Hierna, terwijl ik bleef kijken, zag ik plotseling een enorme menigte die niemand tellen kon, uit alle landen en stammen en volken en talen, die voor de troon en voor het Lam stond, gekleed in lange witte gewaden en met palmtakken in hun handen.
10En ze riepen luid: "Redding komt van onze God, die op de troon zit, en van het Lam!"
11En alle engelen omringden de troon, de oudsten en de vier wezens, en wierpen zich in aanbidding voor de troon neer
12en zeiden: "Amen! Alle lofprijs en heerlijkheid, wijsheid en dank, eer, macht en kracht komen toe aan onze God, in alle eeuwigheid! Amen!"
13Een van de oudsten vroeg mij: "Wie zijn dat in die lange witte gewaden en waar komen ze vandaan?"
14Ik zei: "Mijn heer, u weet het." Hij antwoordde mij: "Zij zijn degenen die de grote verdrukking hebben meegemaakt.
Who We AreWhat We EelieveWhat We Do
2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.