1
9Koning Toï van Hamat hoorde dat David het hele leger van koning Hadadezer van Zoba had verslagen.
10Daarop stuurde hij zijn zoon Hadoram naar koning David om hem zijn groeten over te brengen en hem geluk te wensen met zijn overwinning op Hadadezer, want Hadadezer had met Toï voortdurend op voet van oorlog geleefd. Ook stuurde hij hem allerlei zilveren, gouden en koperen voorwerpen.
11Koning David heiligde die voor de Heer, evenals het zilver en het goud dat hij had buitgemaakt op andere volken: de Edomieten, Moabieten, de Ammonieten, de Filistijnen en de Amalekieten.
12Abisaï, de zoon van Zeruja, versloeg in het Zoutdal de Edomieten, 18.000 man.
13Hij legerde legerafdelingen in Edom. Zo onderwierp David de Edomieten. Overal waar David ging, stond de Heer hem bij.
14 2 Sam 8:15-18 | 2 Sam 20:23-26 Zo regeerde David over heel Israël en hij zorgde ervoor dat zijn hele volk rechtvaardig en integer werd bestuurd.
15Joab, de zoon van Zeruja, was opperbevelhebber van het leger. Josafat, de zoon van Ahilud, was kanselier.
16Zadok, de zoon van Ahitub, en Abimelech, de zoon van Abjatar, waren priesters. Savsa was schrijver.
17Benaja, de zoon van Jojada, was de aanvoerder van de lijfwacht, bestaande uit Keretieten en Peletieten. Davids zonen bekleedden de belangrijkste posten bij de koning.
Who We AreWhat We EelieveWhat We Do
2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.