1Een leerzaam lied van David. Voor de koorleider. Op de wijs van 'Mahalat'.
2De dwaas zegt in zijn hart: "Er is geen God."
Men is verdorven en doet gruwelijk onrecht.
Er is niemand die het goede doet.
3God kijkt vanuit de hemel omlaag naar de mensen
om te zien of er ook maar iemand verstandig is,
iemand die God zoekt.
4Allen zijn afgedwaald, geheel verdorven.
Er is niemand die het goede doet, zelfs niet één.
5Hebben zij die onrecht doen dan geen verstand,
zij die mijn volk opeten als brood?
Ze roepen God niet aan!
6Plotseling worden ze door hevige angst overvallen,
terwijl er niets is wat hen bedreigt.
Maar God doet het gebeente van je belagers sidderen.
Je zet hen te schande, want God heeft hen verstoten.
7Ach, kwam er vanuit Sion maar redding voor Israël!
Wanneer God de ballingen van zijn volk laat terugkeren,
zal Jakob zich verheugen, Israël zal juichen.
Who We AreWhat We EelieveWhat We Do
2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.