2 KRONIEKEN 5 - De VensterBijbel(VB)

Inwijding van de tempel

1 1 Kon 8:1-11 Zo werd al het werk voltooid dat Salomo voor het huis van de Heer liet uitvoeren. Daarna bracht hij de voorwerpen over die zijn vader David geheiligd had, al het zilver en goud en alle voorwerpen, en plaatste alles in de schatkamers van het huis van God.

2Toen ontbood Salomo de oudsten van Israël in Jeruzalem, alle stamhoofden en alle familiehoofden van Israël, om de ark van het verbond van de Heer uit de Davidsstad – dat is de burcht Sion – op te halen.

3Alle mannen van Israël kwamen bij de koning bijeen voor het feest van de zevende maand.5:3 d.i. het Loofhuttenfeest: zie Lev 23:33-36

4Toen alle oudsten van Israël waren gekomen, tilden de Levieten de ark van het verbond op

5en brachten deze over, samen met de tent van ontmoeting en alle bijbehorende heilige voorwerpen.

6Koning Salomo en de hele menigte Israëlieten die zich met hem bij de ark verzameld had, offerden zo veel schapen, geiten en runderen dat het aantal ervan niet te tellen of te schatten was.

7Daarna brachten de priesters de ark van het verbond van de Heer naar zijn plek in de ontmoetingsplaats van het huis, het Allerheiligste, en plaatsten hem onder de vleugels van de cherubs.

8Want de cherubs spreidden hun beide vleugels uit over de plek waar de ark kwam te staan en overdekten zo de ark en de draagstokken.

9Die draagstokken waren zo lang, dat de uiteinden ervan alleen te zien waren vanuit het Heilige, vlak vóór de ontmoetingsplaats, maar verder naar buiten toe waren ze niet te zien. Ze bevinden zich daar tot op de dag van vandaag.

10In de ark lag niets anders dan alleen de twee steenplaten die Mozes er bij Horeb in gelegd had, toen de Heer het verbond met de Israëlieten had gesloten na hun vertrek uit Egypte.

11Toen de priesters het Heilige verlieten – alle aanwezige priesters hadden zich geheiligd, zonder zich aan het dienstrooster te houden,

12en alle Levieten die zanger waren, de afdelingen van Asaf, van Heman en van Jedutun en al hun zonen en verwanten, stonden in kleding van fijn linnen aan de oostkant van het altaar, met cimbalen, harpen en citers, en bij hen wel 120 priesters die op de bazuinen bliezen –

13en de blazers en zangers eenparig de Heer begonnen te loven en te prijzen, begeleid door de bazuinen, cimbalen en andere muziekinstrumenten, en ze de Heer loofden met het lied: 'Hij is goed, zijn liefde is voor eeuwig', vulde een wolk het huis van de Heer.

14De priesters konden vanwege die wolk niet blijven staan om dienst te doen, want de heerlijkheid van de Heer had het huis van God gevuld.

Blog
About Us
Message
Site Map

Who We AreWhat We EelieveWhat We Do

Terms of UsePrivacy Notice

2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.

Home
Gospel
Question
Blog
Help