1Gij Kol. 3:20.kinderen, zijt uw ouderen gehoorzaam in den Heere; want dat is recht.
2 Ex. 20:12. Deut. 5:16. 27:16. Matt. 15:4. Mark. 7:10. Eert uw vader en moeder (hetwelk het eerste gebod is met een belofte),
3Opdat het u welga, en dat gij lang leeft op de aarde.
4En gij vaders, verwekt uw kinderen niet tot toorn, Deut. 6:7, 20. Ps. 78:4. Spr. 19:8. 29:17.maar voedt hen op in de lering en vermaning des Heeren.
5 Kol. 3:22. 1 Tim. 6:1. Tit. 2:9. 1 Petr. 2:18. Gij dienstknechten, zijt gehoorzaam uw heren naar het vlees, met vreze en beven, in eenvoudigheid uws harten, gelijk als aan Christus;
6Niet naar ogendienst, als mensenbehagers, maar als dienstknechten van Christus, doende den wil van God van harte;
7Dienende met goedwilligheid den Heere, en niet de mensen;
8Wetende, dat zo wat goed een iegelijk gedaan zal hebben, hij datzelve van den Heere zal ontvangen, hetzij dienstknecht, hetzij vrije.
9 Kol. 4:1. En gij heren, doet hetzelfde bij hen, nalatende de dreiging; als die weet, dat ook uw eigen Heere in de hemelen is, Deut. 10:17. 2 Kron. 19:7. Job 34:19. Hand. 10:34. Rom. 2:11. Gal. 2:6. Kol. 3:25. 1 Petr. 1:17.en dat geen aanneming des persoons bij Hem is.
De geestelijke wapenrusting10Voorts, mijn broeders, wordt krachtig in den Heere, en in de sterkte Zijner macht.
11 Kol. 3:12. 1 Thess. 5:8. Doet aan de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt staan tegen de listige omleidingen des duivels.
12Want wij hebben den strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, Efez. 2:2.tegen de machten, tegen de geweldhebbers der wereld, der duisternis dezer eeuw, tegen de geestelijke boosheden in de lucht.
13Daarom neemt aan 2 Kor. 10:4.de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt wederstaan in den bozen dag, en alles verricht hebbende, staande blijven.
14 Luk. 12:35. 1 Petr. 1:13. Staat dan, uw lenden omgord hebbende met de waarheid, Jes. 59:17. 2 Kor. 6:7.en aangedaan hebbende het borstwapen der gerechtigheid;
15En de voeten geschoeid hebbende met bereidheid van het Evangelie des vredes;
16Bovenal aangenomen hebbende het schild des geloofs, met hetwelk gij al de vurige pijlen des bozen zult kunnen uitblussen.
17 Jes. 59:17. 1 Thess. 5:8. En neemt den helm der zaligheid, Hebr. 4:12. Openb. 2:16.en het zwaard des Geestes, hetwelk is Gods Woord.
18Met alle bidding en smeking, biddende Luk. 18:1. Rom. 12:12. Kol. 4:2. 1 Thess. 5:17.te allen tijd in den Geest, en tot hetzelve wakende met alle gedurigheid en smeking voor al de heiligen;
19En Hand. 4:29. 2 Thess. 3:1.voor mij, opdat mij het woord gegeven worde in de opening mijns monds met vrijmoedigheid, om de verborgenheid van het Evangelie bekend te maken;
20 2 Kor. 5:20. Waarover ik een gezant ben Hand. 28:20.in een keten, opdat ik in hetzelve vrijmoediglijk moge spreken, gelijk mij betaamt te spreken.
Zending van den brief door Tychikus. Zegengroet21 Kol. 4:7. En opdat ook gij moogt weten hetgeen mij aangaat; en wat ik doe, dat alles zal u Hand. 20:4. Kol. 4:7. Tit. 3:12.Tychikus, de geliefde broeder en getrouwe dienaar in den Heere, bekend maken;
22Denwelken ik tot datzelfde einde 2 Tim. 4:12.tot u gezonden heb, opdat gij onze zaken zoudt weten, en hij uw harten zou vertroosten.
23Vrede zij den broederen, en liefde met geloof, van God den Vader, en den Heere Jezus Christus.
24De genade zij met al degenen, die onzen Heere Jezus Christus liefhebben in onverderfelijkheid. Amen.
Who We AreWhat We EelieveWhat We Do
2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.