MARKUS 11 - States General Version (edition Jongbloed 1995)(SVV)

Intocht in Jeruzalem

1En

11 Matt. 21:12, 14. Luk. 19:45. Joh. 2:14. En Jezus kwam binnen Jeruzalem, en in den tempel; en als Hij alles rondom bezien had, en het nu avondstond was, ging Hij uit naar Bethanië met de twaalven.

De vijgeboom verdord en de tempel gereinigd

12 Matt. 21:18. En des anderen daags, als zij uit Bethanië gingen, hongerde Hem.

13En ziende van verre een vijgeboom, die bladeren had, ging Hij om te zien, of Hij ook iets op denzelven zou vinden; en daarbij gekomen zijnde, vond Hij niet dan bladeren; want het was de tijd der vijgen niet.

14En Jezus, antwoordende, zeide tot denzelven: Niemand ete enige vrucht meer van u in der eeuwigheid! En Zijn discipelen hoorden het.

15En zij kwamen te Jeruzalem; Matt. 21:12. Luk. 19:45. Joh. 2:14.en Jezus, in den tempel gegaan zijnde, begon degenen, die in den tempel verkochten en kochten, uit te drijven; en de tafelen der wisselaars, en de zitstoelen dergenen, die de duiven verkochten, keerde Hij om;

16En liet niet toe, dat iemand enig vat door den tempel droeg.

17 Matt. 21:13. Luk. 19:46. En Hij leerde, zeggende tot hen: Is er niet geschreven: 1 Kon. 8:29. Jes. 56:7.Mijn huis zal een huis des gebeds genaamd worden allen volken? Jer. 7:11.Maar gij hebt dat tot een kuil der moordenaren gemaakt.

18En de schriftgeleerden en de overpriesters hoorden dat, en Joh. 7:19.zochten, hoe zij Hem doden zouden; want zij vreesden Hem, omdat de ganse schare ontzet was over Zijn leer.

19En als het nu laat geworden was, ging Hij uit buiten de stad.

20En des morgens vroeg voorbijgaande, zagen zij, dat de vijgeboom verdord was, van de wortelen af.

21En Petrus, zulks indachtig geworden zijnde, zeide tot Hem: Rabbi! zie, de vijgeboom, dien Gij vervloekt hebt, is verdord.

22En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Hebt geloof op God.

23 Matt. 17:20. 21:21. Luk. 17:6. Want voorwaar zeg Ik u, dat, zo wie tot dezen berg zal zeggen: Word opgeheven en in de zee geworpen; en niet zal twijfelen in zijn hart, maar zal geloven, dat hetgeen hij zegt, geschieden zal, het zal hem geworden, zo wat hij zegt.

24Daarom zeg Ik u: Jer. 29:12. Matt. 7:7. Luk. 11:9. Joh. 14:13. 15:17. 16:24. Jak. 1:5, 6. 1 Joh. 3:22. 5:14.Alle dingen, die gij biddende begeert, gelooft, dat gij ze ontvangen zult, en zij zullen u geworden.

25En wanneer gij staat om te bidden, Matt. 6:14. Kol. 3:13.vergeeft, indien gij iets hebt tegen iemand; opdat ook uw Vader, Die in de hemelen is, ulieden uw misdaden vergeve.

26 Matt. 18:35. Maar indien gij niet vergeeft, zo zal uw Vader, Die in de hemelen is, ook uw misdaden niet vergeven.

Over den doop van Johannes

27 Matt. 21:23. Luk. 20:1. En zij kwamen wederom te Jeruzalem. En als Hij in den tempel wandelde, kwamen tot Hem de overpriesters, en de schriftgeleerden, en de ouderlingen.

28En zeiden tot Hem: Ex. 2:14. Hand. 4:7. 7:27.Door wat macht doet Gij deze dingen? En wie heeft U deze macht gegeven, dat Gij deze dingen doen zoudt?

29Maar Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Ik zal u ook een woord vragen; antwoordt Mij ook, en zo zal Ik u zeggen, door wat macht Ik deze dingen doe:

30De doop van Johannes, was die uit den hemel, of uit de mensen? Antwoordt Mij.

31En zij overlegden onder zich, zeggende: Indien wij zeggen: Uit den hemel, zo zal Hij zeggen: Waarom hebt gij hem dan niet geloofd?

32Maar indien wij zeggen: Uit de mensen; zo vrezen wij het volk; Matt. 14:5. Mark. 6:20.want zij hielden allen van Johannes, dat hij waarlijk een profeet was.

33En, antwoordende, zeiden zij tot Jezus: Wij weten het niet. En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Zo zeg Ik u ook niet, door wat macht Ik deze dingen doe.

Blog
About Us
Message
Site Map

Who We AreWhat We EelieveWhat We Do

Terms of UsePrivacy Notice

2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.

Home
Gospel
Question
Blog
Help