1En Matt. 13:53. Luk. 4:16.Hij ging van daar weg, en kwam in Zijn vaderland, en Zijn discipelen volgden Hem.
2En als het sabbat geworden was, begon Hij in de synagoge te leren; en velen, die Hem hoorden, ontzetten zich, zeggende: Van waar komen Dezen deze dingen, en wat wijsheid is dit, die Hem gegeven is, dat ook zulke krachten door Zijn handen geschieden?
3 Joh. 6:42. Is Deze niet de timmerman, de Zoon van Maria, en de Broeder van Jakobus en Joses, en van Judas en Simon, en zijn Zijn zusters niet hier bij ons? En zij werden aan Hem geërgerd.
4En Jezus zeide tot hen: Matt. 13:57. Luk. 4:24. Joh. 4:44.Een profeet is niet ongeëerd dan in zijn vaderland en onder zijn magen, en in zijn huis.
5 Matt. 13:58. En Hij kon aldaar geen kracht doen; dan Hij legde weinigen zieken de handen op, en genas hen.
6En Hij verwonderde Zich over hun ongeloof, en Matt. 9:35. Luk. 13:22.omging de vlekken daar rondom, lerende.
De uitzending der twaalven7 Matt. 10:1. Luk. 6:13. 9:1. En Hij riep tot Zich de twaalven, en begon hen uit te zenden twee en twee, en gaf hun macht over de onreine geesten.
8En Hij gebood hun, dat zij niets zouden nemen tot den weg, dan alleenlijk een staf, geen male, geen brood, geen geld in den gordel;
9 Hand. 12:8. Maar dat zij schoenzolen zouden aanbinden, en met geen twee rokken gekleed zijn.
10En Hij zeide tot hen: Zo waar gij in een huis zult ingaan, blijft daar, totdat gij van daar uitgaat.
11 Matt. 10:14. Luk. 9:5. En zo wie u niet zullen ontvangen, noch u horen, vertrekkende van daar, Hand. 13:51. 18:6.schudt het stof af, dat onder aan uw voeten is, hun tot een getuigenis. Matt. 10:15. Luk. 10:12.Voorwaar zeg Ik u: Het zal Sódom en Gomórra verdragelijker zijn in den dag des oordeels dan dezelve stad.
12En uitgegaan zijnde, predikten zij, dat zij zich zouden bekeren.
13En zij wierpen vele duivelen uit, Jak. 5:14.en zalfden vele kranken met olie, en maakten hen gezond.
Dood van Johannes den Doper14 Matt. 14:1. Luk. 9:7. En de koning Heródes hoorde het (want Zijn Naam was openbaar geworden), en zeide: Johannes, die daar doopte, is van de doden opgewekt, en daarom werken die krachten in Hem.
15Anderen zeiden: Hij is Elías; en anderen zeiden: Hij is een profeet, of als een der profeten.
16Maar als het Heródes hoorde, zeide hij: Deze is Johannes, dien ik onthoofd heb; die is van de doden opgewekt.
17 Matt. 14:3. Luk. 3:19. 9:9. Want dezelve Heródes, enigen uitgezonden hebbende, had Johannes gevangen genomen, en hem in de gevangenis gebonden, uit oorzaak van Heródias, de huisvrouw van zijn broeder Filippus, omdat hij haar getrouwd had.
18Want Johannes zeide tot Heródes: Lev. 18:16. 20:21.Het is u niet geoorloofd de huisvrouw uws broeders te hebben.
19En Heródias legde op hem toe; en wilde hem doden, en konde niet;
20Want Heródes vreesde Johannes, wetende, dat hij een Matt. 14:5. 21:26.rechtvaardig en heilig man was, en hield hem in waarde; en als hij hem hoorde, deed hij vele dingen, en hoorde hem gaarne.
21En als er een welgelegen dag gekomen was, toen Heródes, Gen. 40:20. Matt. 14:6.op den dag zijner geboorte, een maaltijd aanrichtte, voor zijn groten, en de oversten over duizend, en de voornaamsten van Galiléa;
22En als de dochter van dezelve Heródias inkwam, en danste, en Heródes en dengenen, die mede aanzaten, behaagde, zo zeide de koning tot het dochtertje: Eis van mij, wat gij ook wilt, en ik zal het u geven.
23 Richt. 11:30. En hij zwoer haar: Zo wat gij van mij zult eisen, zal ik u geven, ook tot de helft mijns koninkrijks!
24En zij, uitgegaan zijnde, zeide tot haar moeder: Wat zal ik eisen? En die zeide: Het hoofd van Johannes den Doper.
25En zij, terstond met haast ingaande tot den koning, heeft het geëist, zeggende: Ik wil, dat gij mij nu terstond, in een schotel, geeft het hoofd van Johannes den Doper.
26En de koning, zeer bedroefd geworden zijnde, nochtans om de eden, en degenen, die mede aanzaten, wilde hij haar hetzelve niet afslaan.
27 Matt. 14:10. En de koning zond terstond een scherprechter, en gebood zijn hoofd te brengen. Deze nu ging heen, en onthoofdde hem in de gevangenis;
28En bracht zijn hoofd in een schotel, en gaf hetzelve het dochtertje, en het dochtertje gaf hetzelve harer moeder.
29En als zijn discipelen dit hoorden, gingen zij en namen zijn dood lichaam weg, en legden dat in een graf.
De wonderbare spijziging30 Luk. 9:10. En de apostelen kwamen weder te zamen tot Jezus, en boodschapten Hem alles, beide wat zij gedaan hadden, en wat zij geleerd hadden.
31En Hij zeide tot hen: Komt gijlieden in een woeste plaats hier alleen, en rust een weinig; want er waren velen, die kwamen en die gingen, Mark. 3:20.en zij hadden zelfs geen gelegen tijd om te eten.
32 Matt. 14:13. Luk. 9:10. Joh. 6:1. En zij vertrokken in een schip, naar een woeste plaats, alleen.
33En de scharen zagen hen heenvaren, en velen werden Hem kennende, en liepen gezamenlijk te voet van alle steden derwaarts, en kwamen hun voor, en gingen samen tot Hem.
34En Jezus, uitgaande, Matt. 9:36. 14:4.zag een grote schare, en werd innerlijk met ontferming bewogen over hen; Jer. 23:1. Ezech. 34:2.want zij waren als schapen, die geen herder hebben; Luk. 9:11.en Hij begon hun vele dingen te leren.
35 Matt. 14:15. Luk. 9:12. Joh. 6:5. En als het nu laat op den dag geworden was, kwamen Zijn discipelen tot Hem, en zeiden: Deze plaats is woest, en het is nu laat op den dag;
36Laat ze van U, opdat zij heengaan in de omliggende dorpen en vlekken, en broden voor zichzelven mogen kopen; want zij hebben niet, wat zij eten zullen.
37Maar Hij, antwoordende, zeide tot hen: Geeft gij hun te eten. En zij zeiden tot Hem: Zullen wij heengaan, en kopen voor tweehonderd penningen brood, en hun te eten geven?
38En Hij zeide tot hen: Hoeveel broden hebt gij? Gaat heen en beziet het. Matt. 14:17. Luk. 9:13. Joh. 6:9.En toen zij het vernomen hadden, zeiden zij: Vijf, en twee vissen.
39En Hij gebood hun, dat zij hen allen zouden doen nederzitten bij waardschappen, op het groene gras.
40En zij zaten neder in gedeelten bij honderd te zamen, en bij vijftig te zamen.
41En als Hij de vijf broden en de twee vissen genomen had, Joh. 17:1.zag Hij op naar den hemel, 1 Sam. 9:13.zegende en brak de broden, en gaf ze Zijn discipelen, opdat zij ze hun zouden voorleggen, en de twee vissen deelde Hij voor allen.
42En zij aten allen, en zijn verzadigd geworden.
43En zij namen op twaalf volle korven brokken, en van de vissen.
44En die daar de broden gegeten hadden, waren omtrent vijf duizend mannen.
Jezus wandelt op de zee45 Matt. 14:22. Joh. 6:17. En terstond dwong Hij Zijn discipelen in het schip te gaan, en voor henen te varen aan de andere zijde tegenover Bethsáïda, terwijl Hij de schare van Zich zou laten.
46 Matt. 14:23. Luk. 6:12. En als Hij aan dezelve hun afscheid gegeven had, ging Hij op den berg om te bidden.
47 Matt. 14:23. Joh. 6:16. En als het nu avond was geworden, zo was het schip in het midden van de zee, en Hij was alleen op het land.
48En Hij zag, dat zij zich zeer pijnigden, om het schip voort te krijgen; want de wind was hun tegen; en omtrent de vierde wake des nachts, kwam Hij tot hen, wandelende op de zee, en wilde hen voorbijgaan.
49En zij, ziende Hem wandelen op de zee, meenden, dat het een spooksel was, en schreeuwden zeer;
50Want zij zagen Hem allen, en werden ontroerd; en terstond sprak Hij met hen, en zeide tot hen: Zijt welgemoed, Ik ben het; vreest niet.
51En Hij klom tot hen in het schip, en de wind stilde; en zij ontzetten zich bovenmate zeer in zichzelven, en waren verwonderd.
52Want zij hadden niet gelet op het wonder der broden; want hun hart was verhard.
53 Matt. 14:34. En als zij overgevaren waren, kwamen zij in het land Gennésareth, en havenden aldaar.
54En als zij uit het schip gegaan waren, terstond werden zij Hem kennende.
55 En het gehele omliggende land doorlopende, begonnen zij op beddekens degenen, die kwalijk gesteld waren, om te dragen, ter plaatse, waar zij hoorden, dat Hij was.
56En zo waar Hij kwam, in vlekken, of steden, of dorpen, daar legden zij de kranken op de markten, en baden Hem, dat zij maar den zoom Zijns kleeds aanraken mochten; en zovelen, als er Hem aanraakten, werden gezond.
Who We AreWhat We EelieveWhat We Do
2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.