JESAJA 32 - States General Version (edition Jongbloed 1995)(SVV)

Het Rijk van Christus

1Ziet, een Ps. 45:7. Zach. 9:9.Koning zal regeren in gerechtigheid, en de vorsten zullen heersen naar recht.

2En die Man zal zijn als een verberging tegen den wind, en een schuilplaats tegen den vloed, als waterbeken in een dorre plaats, als de schaduw van een zwaren rotssteen in een dorstig land.

3En de Jes. 29:18. 30:21.ogen dergenen, die zien, zullen niet terugzien, en de oren dergenen, die horen, zullen opmerken.

4En het hart der onbedachtzamen zal de wetenschap verstaan, en de tong der stamelenden zal vaardig zijn, om bescheidenlijk te spreken.

5De dwaas zal niet meer genoemd worden milddadig, en de gierige zal niet meer mild geheten worden.

6Want een dwaas spreekt dwaasheid, en zijn hart doet ongerechtigheid, om huichelarij te plegen, en om dwaling te spreken tegen den HEERE, om de ziel des hongerigen ledig te laten, en den dorstige drank te doen ontbreken.

7En eens gierigaards ganse gereedschap is kwaad; hij beraadslaagt schandelijke verdichtselen, om de ellendigen te bederven met valse redenen, en het recht, als de arme spreekt.

8Maar een milddadige beraadslaagt milddadigheden, en staat op milddadigheden.

Tegen de zorgeloze vrouwen

9Staat op, gij geruste vrouwen, hoort mijn stem; gij dochters, die zo zeker zijt, neemt mijn redenen ter ore.

10 Vele dagen over het jaar zult gij beroerd zijn, gij dochters, die zo zeker zijt, want de wijnoogst zal uit zijn, er zal geen inzameling komen.

11Beeft, gij geruste vrouwen; weest beroerd, dochters, die zo zeker zijt; trekt u uit, en ontbloot u, en gordt zakken om uw lendenen.

12Men zal rouwklagen over de borsten, over de gewenste akkers, over de vruchtbare wijnstokken.

13Op het land mijns volks zal de doorn en de distel opgaan; ja, op alle vreugdehuizen, in de vrolijk huppelende stad.

Vrede door recht

14Want het paleis zal verlaten zijn, het gewoel der stad zal ophouden; Ofel en de wachttorens zullen tot spelonken zijn, tot in der eeuwigheid, een vreugde der woudezelen, een weide der kudden.

15Totdat over ons Joël 2:28. Joh. 7:37, 38. Hand. 2:17, 18.uitgegoten worde de Geest uit de hoogte; dan zal de Jes. 29:17.woestijn tot een vruchtbaar veld worden, en het vruchtbare veld zal voor een woud geacht worden.

16En het recht zal in de woestijn wonen, en de gerechtigheid zal op het vruchtbare veld verblijven.

17En het werk der gerechtigheid zal vrede zijn; en de werking der gerechtigheid zal zijn gerustheid en zekerheid tot in eeuwigheid.

18En mijn volk zal in Jer. 33:16.een woonplaats des vredes wonen, en in welverzekerde woningen, en in stille geruste plaatsen.

19Maar het zal hagelen, waar men afgaat in het woud, en de stad zal laag worden in de laagte.

20Welgelukzalig zijt gijlieden, die aan alle wateren zaait; gij, die den voet des osses en des ezels derwaarts henenzendt!

Blog
About Us
Message
Site Map

Who We AreWhat We EelieveWhat We Do

Terms of UsePrivacy Notice

2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.

Home
Gospel
Question
Blog
Help