De Psalmen 129 - NBG 1951 Translation(NBG51)

Verdrukking en bevrijding

1Een bedevaartslied.

Zij hebben mij ten zeerste benauwd van mijn jeugd aan,

– zegge nu Israël –

2zij hebben mij ten zeerste benauwd van mijn jeugd aan,

maar zij hebben mij niet overmocht.

3Ploegers ploegden op mijn rug,

zij trokken hun voren lang.

4De Here, die rechtvaardig is, heeft doorgehouwen

de touwen der goddelozen.

5Beschaamd zullen worden en terugdeinzen

allen die Sion haten;

6zij zullen zijn als gras op de daken,

dat verdort, eer men het uittrekt,

7waarmee de maaier zijn hand niet vult,

noch de garvenbinder zijn arm;

8zodat wie voorbijgaan, niet zeggen:

Des Heren zegen zij met u,

wij zegenen u in de naam des Heren.

Blog
About Us
Message
Site Map

Who We AreWhat We EelieveWhat We Do

Terms of UsePrivacy Notice

2025 by iamachristian.org,Inc All rights reserved.

Home
Gospel
Question
Blog
Help